Dhr. Keijzer, eenzame uitvaart #23

Woensdag 22 juni 2022, 9.00 uur 
Begraafplaats St. Laurentius, Rotterdam 
Dichter van dienst: Mark Boninsegna  
Auteur verslag: Daniël Dee 

foto Bianca Boer

Iets voor negenen rijdt de lijkwagen door het poortgebouw van de rooms-katholieke begraafplaats St. Laurentius in Crooswijk. Het is de dag na de zonnewende en ondanks het vroege tijdstip al heerlijk warm zonder-jassen-weer. De hemel is strakblauw. 
We zijn aanwezig voor de uitvaart van dhr. J. Keijzer (overleden op 9 juni 2022). Wij zijn Jenny van As van Dela, consulent Wlb van de gemeente, dichter van dienst Mark Boninsegna en van stichting de eenzame uitvaart Rotterdam Bianca Boer en ondergetekende. Later bij het graf voegen zich nog een medewerker van Wlb en Rien Vroegindeweij van stichting de eenzame uitvaart Rotterdam toe, niet omdat ze te laat waren maar omdat de uitvaartdienst ditmaal iets eerder dan om negen uur begon. 
Vier kistdragers gaan ons voor met de rijdende draagbaar. Dat zijn twee kistdragers minder dan de vorige eenzame uitvaartdienst (#22). Jenny van As legt uit dat ze bij Dela altijd van tevoren te horen krijgen hoe lang en hoe zwaar de overleden persoon is, zodat ze daarop kunnen anticiperen. Mark Boninsegna merkt op dat er nu zoveel mensen aanwezig zijn dat dhr. J. Keijzer in ieder geval niet eenzaam begraven zal worden. 
Dhr. J. Keijzer was misschien zo licht dat hij door vier kistdragers naar zijn laatste rustplaats gebracht kon worden, zijn leven was er bepaald niet minder roerig om. Hij is twee keer getrouwd geweest, waarvan de laatste keer in 2005 met een Indonesische vrouw. Vermoed wordt dat het die tweede keer om een schijnhuwelijk ging. Uit het eerste huwelijk heeft hij twee volwassen kinderen, een dochter en een zoon, en sinds een jaar zelfs een kleinkind. 
Zijn leven wordt gekenmerkt door depressieve episodes. In 2008 heeft dhr Keijzer in een depressieve periode ontslag genomen. Hij was suïcidaal, verwaarloosde zijn administratie en betaalde zijn rekeningen niet meer. Dit heeft ertoe geleid dat hij in 2009 uit zijn woning in Rotterdam-Oost is gezet. Hij is toen bij het Leger des Heils terechtgekomen en ging onder behandeling voor de depressieve klachten. De behandeling sloeg zo goed aan dat hij weer kon gaan werken als schoonmaker. 
Hij werkte deeltijd en kreeg een aanvullende uitkering. Hij vond zelfs een huurwoning in Delfshaven. Het ging zo goed met hem dat de BAVO de behandeling stopzette omdat hij stabiel was; dit was in 2012. Alles liep weer op rolletjes tot zijn uitkering overging van Stedelijke Zorg naar het wijkkantoor. 
Hij kreeg daar niet de hulp die hij verwachtte; hij stuitte vaak op onbegrip. Hij had de neiging om weg te lopen zonder geholpen te zijn. Hierdoor kwam hij weer in een neergaande spiraal terecht. Het contract met zijn werkgever werd beëindigd en hij negeerde zijn post. De KBR stopte met de betaling van zijn huur, al werden sommige rekeningen nog wel betaald. Zo kon hij een tijdje leven van geld dat teruggestort werd door de KBR. Toen dit geld op was kwam hij moeilijk aan eten. Hij raakte zijn woning kwijt en is in juni 2014 weer gaan aankloppen bij Centraal Onthaal. Hij is ook weer onder behandeling gegaan bij de BAVO. Zo ging het door tot onlangs bij zijn overlijden. Zijn laatste dagen sleet hij in het verpleeghuis Laurens Antonius Binnenweg. 

Wanneer we allemaal rond het graf staan, laten de kistdragers meteen de kist zakken, waarna Mark Boninsegna zijn gedicht voorleest (zie hieronder). Na een laatste groet aan dhr. J. Keijzer lopen we gezamenlijk naar de uitgang. Bij het poortgebouw zegt Rien Vroegindeweij dat het inmiddels gebruikelijk is geworden om het gedicht als laatste gebaar op de kist achter te laten. Mark Boninsegna loopt met Bianca Boer terug naar het graf om dat te doen, waar ze werknemers aantreffen die al meteen zijn begonnen met aarde te scheppen over de kist. Er wordt nadien afgesproken om voortaan weer gewoon het gedicht voor te lezen om daarna pas de kist te laten zakken. 

Jan Keijzer

ik googelde je naam
maar ik kwam jou niet tegen
misschien heb ik je weleens op straat gezien
en liep ik je straal voorbij

terwijl jij je sporen achterliet
in de stad en de rest van de wereld
en het moment zich om je heen sloot
werd niets meer zoals het was

voor jou was alles 
anders wachtend op een rimpeling
om aan vast te houden
om de bubbels van het gelijknamige plastic
om je heen gewikkeld
te ploppen

een stap om terug te keren
naar dat wat eerder niet veilig genoeg bleek
en waar schepen verbrand
dekken we je toe
met het zand van dat denkbare strand
waar een zeil bolgevormd door wind
je mee zal nemen
naar een nieuw begin 

© gedicht Mark Boninsegna © verslag Daniël Dee